Archives maart 2021

Schelpen zoeken.

Zomaar een stukje van de vloedlijn.

Boekje “Wat vind ik aan het strand” erbij en probeer maar eens wat schelpen te herkennen en te benoemen.

Hoe meer je weet.., hoe leuker het wordt!

Geen schelp, maar je herkent hem vast:

Eikapsel van hondshaai

Daarnaast oa:

Wulk, venusschelp, messchede, zeeboontje, fuikhoren, strandschelp, nonnetje, trapgevel, kokkel….


Buitenkansje: kraanvogel op bezoek!

Hij zat er al een paar dagen en was meermalen gemeld op “Waarneming.nl”. Op een stukje akkerland in de buurt van Ouddorp. Een pleisterende Kraanvogel, een bijzonderheid voor dit gebied.

Kraanvogels behoren tot de de grootste vogels van Europa met een lengte van kop tot staart van 1,5 meter, spanwijdte van meer dan 2 meter. Ze broeden sinds het millennium in zeer kleine aantallen in Nederland, oa in het Fochteloerveen. De “echte” gebieden liggen in ScandinaviĆ« en Noord-Oost Duitsland. In voor- en najaar trekken zo’n 200.000 exemplaren over het oosten van ons land, Afrika-Scandinavie vv. Een enkeling wordt wel eens in het westen waargenomen, niet zeldzaam wel bijzonder.

En als je dan getipt wordt, dan ga je kijken. Zondag langs geweest en een prentje kunnen maken. Alleen een blauwgrijze vogel in winterkleed op een omgeploegd akkerland met donker weer smoelt niet zo goed op een foto. Vanmorgen met zonnig weer een nieuwe poging ondernomen, op grote afstand liet hij zich zien. Met als leuke bijvangst de vuurtoren van Ouddorp, mooie bevestiging van de locatie.


In afwachting van het voorjaar…..

Een fletse voorjaarszon liet zich nog even zien aan het einde van de zaterdagmiddag. 3 zilvermeeuwen zaten wat uit te rusten langs de oever in de luwte van de dam. Het was tenslotte windkracht 6 en iedere beschutting is dan welkom. Aan het veren kleed te zien ging het om twee jongen die hun eerste winter er zojuist op hadden zitten en een bijna volwassen exemplaar. Gewone vogels in een alledaagse situatie , maar daarom niet minder mooi.


Dit begrijpt toch iedereen?

Alles wat je weggooit komt ergens terecht.

Helaas ook vaak in zee. Je hoeft maar wat beter naar de vloedlijn te kijken en je ziet dat het aanspoelsel soms veel van ons afval bevat.

Veel ervan zijn plastic deeltjes en daar schuilt nu net het gevaar.

Afgezien van het feit dat kleine deeltjes zelfs al in moedermelk worden aangetroffen, kosten ze ook aan zeevogels vaak het leven.

Op de foto zie je de inhoud van de maag van een noordse stormvogel.

Een zeevogel die wel eens dood aanspoelt op het strand en dan voor onderzoek door ons wordt meegenomen.

Deze vogels pikken vaak voedseldeeltjes uit het water en krijgen op deze manier veel plastic binnen.

Wat je weggooit, komt ergens terecht…. dat begrijpt toch iedereen?


braakballen op het strand

Als je langs de vloedlijn loopt zie je ze soms liggen: kleine hoopjes, vaak uit elkaar gevallen, stukjes schelp.

Het zijn de braakballen van meeuwen, die het strand als rustplaats hebben gebruikt.

Langs onze kust zien we regelmatig kokmeeuwen, zwartkopmeeuwen, stormmeeuwen, kleine- en grote mantelmeeuwen en zilvermeeuwen.

Zij leven vaak van schelpdieren, maar ook van andere eetbare aanspoelsels.

Wat hun maag niet kan verteren wordt als een bal weer uitgekotst.

Dit noemen we braakballen.

Behalve meeuwen en uilen, produceren diverse andere soorten vogels ook regelmatig van dit soort onverteerbare  ballen.

Onder andere de ijsvogel, de roodborst, kraaiachtigen en diverse soorten roofvogels.

Het betreft dan vaak onverteerbare stukjes bot, haren, dekschildjes, takjes of graten..

Op de foto zijn diverse braakballen te zien van de kleine mantelmeeuw, die op de Maasvlakte broedt en zich te goed hebben gedaan aan de aanwezige schelpdieren.

 

 

 


De dominee en de zeehondenwachter.

Een verzwakt zeehondje lag op het nog natte zand en de zeehondenwachter had er een krat naast gezet. De vorige ochtend was dit dier ook al gemeld door Petra uit Brielle, die toen heeft geholpen bij het verplaatsen en merken van het zieke dier. Nu lag het zeehondje weer op het strand.

“Ik heb op u gewacht” sprak de zeehondenwachter en keek hoopvol naar de dame die de vloedlijn naderde.

“Dat komt goed uit” sprak de vriendelijke dame, “Want ik ben dominee!”

Toeval of niet, het bleek een bijzondere ontmoeting.

“U hebt vast geweten dat ik een hulpvraag had en daarom kruisen nu onze paden enne.. mijn naam is Ad”.

“Ik heet Marijke en natuurlijk ben ik bereid om u te helpen, Ad”.

Nu zowel de fysieke hulp als de geestelijke ondersteuning aanwezig waren, rustte er absoluut een zegen op deze reddingsoperatie.

Met hulp van de stoere dominee is het de 2 hulpdienaren dan ook gelukt om het verzwakte dier te vangen en in het krat naar de landrover te dragen.

De nog jonge, gewone zeehond wordt nu goed verzorgd door het personeel bij opvangcentrum Aseal.

Dank je wel, dominee Marijke!

Dank je wel Petra!


Zeehond op strand Rockanje

Al ruim een dag had de vermoeide jonge zeehond in de duinen gelegen. Vooral slapend, uit de wind en uit het zicht van wandelaars.

De kegelrob had zijn slaapplek goed uitgekozen, in een vogelrustgebied en nu, tijdens de broedperiode verboden voor wandelaars.

Na een melding is het dier die dag door ons gemerkt en goed in de gaten gehouden De conditie leek die dag aardig te verbeteren.

Helaas is het zeehondje de volgende dag toch de duinen uit gejaagd door loslopende honden en midden op het strand komen te liggen. Omringt door nieuwsgierige strandgangers.

We werden gelukkig vrij snel gebeld en na overleg is besloten om het gebied rondom het dier ruim af te zetten met waarschuwingsborden en het zeehondje verder goed in de gaten te houden.

Veel wandelaars respecteerden de borden, hielden afstand en deden de honden aan de lijn. Dank hiervoor!

Tegen zonsondergang werd het gelukkig stil en hebben we het zeehondje een goede nacht gewenst.

De volgende ochtend was het inmiddels de 3e dag dat de kegelrob op het strand lag en is uiteindelijk, na overleg besloten om het, inmiddels verzwakte dier voor onderzoek naar Aseal te brengen.

Meestal redden deze dieren zichzelf, maar in dit geval lukte dit niet en hebben we uiteindelijk toch maar een handje geholpen.


Paarse strandlopers

Je loopt langs de begroeide zeewering. Alert op alles wat je maar zou kunnen tegenkomen en toch word je nog verrast wanneer 3 strandlopers opvliegen. “Vanuit de heup” de camera gericht en afgedrukt, het leverde dit beeld op van paarse strandlopers die ik pas achteraf kon determineren. Vogeltjes met een perfecte schutkleur, nauwelijks te onderscheiden tegen de achtergrond van het wier en de donkere basaltblokken waar ze zich graag ophouden op zoek naar voedsel. Je komt ze alleen in deze biotoop tegen en niet op de zandstranden. De Brouwersdam, Pier van IJmuiden, Oosterscheldekering zijn de plaatsen waar ze in de wintermaanden bivakkeren, slechts een paar honderd in ons land. In april vertrekken ze weer naar de noordelijke broedgebieden in SiberiĆ«, ScandinaviĆ« en IJsland.

Had ze niet meer verwacht waar te nemen. In de veronderstelling dat ze al vertrokken zouden zijn, maar dat blijkt pas in april plaats te vinden. Per saldo scharrelde er een groepje van zo’n 12 exemplaren rond waarvan het slechts lukte om 6 in 1 opname te “vangen”.


Duizelingwekkend!!!

Een steenloper aan de oever van de Oosterschelde betrapt terwijl hij/zij bezig is met een poetsbeurt. Toilet te maken om het wat chiquer te zeggen. De veren worden gepoetst en de kop wordt geschud om alles weer op hun plaats te laten vallen. Noodzakelijke actie om de boel in conditie te houden, voor het vliegen, de isolatie en het verwijderen van parasieten.

De opname is gemaakt met een snelle tijd van 1/400 seconde. Noodzakelijk vanwege het gebruik van een (24 x) telelens. De trillingen van de hand worden ook 24 x vergroot en dat geeft snel onscherpte. Normaal gesproken ook voldoende om de bewegingen van de vogel te kunnen “bevriezen”. Dit is te zien aan de veren bij de schouder. Alleen de kop…….. Het schudden gebeurde dermate krachtig dat kop en snavel vervaagden tot een grijze massa. Hier zou zelfs een tijd van 1/5000 seconde niet tegen opgewassen zijn.

OLYMPUS DIGITAL CAMERA

Mag ik even uitrusten alsjeblieft?

Voor de jonge kegelrobben blijft het lastig om nu een plekje te vinden om een tijdje uit te rusten en hun vacht te laten drogen.

Bij de groep volwassen zeehonden kan het zijn dat je een hitsige kerel tegenkomt, dat je vervolgens in de weg bobbert en een stevige knauw krijgt. Daarnaast liggen er tijdens hoog water weinig zandplaten droog om even uit te kunnen rusten. Het strand is dan eigenlijk de enige optie.

Degene die het dier als eerste zag was Renate, tijdens haar zoektocht naar fossielen. Omdat ze al vaker een zeehondje heeft gemeld is ze inmiddels bekend met de procedure en gaf ze al aan dat de jonge zeehond lekker lag te slapen en er goed uitzag.

De plek was alleen wat ongelukkig gekozen, dus hebben we het gebied ruim gemarkeerd en enkele bordjes geplaatst met daarop wat informatie en de vraag om afstand te houden.

Op deze manier hopen we dat voorbijgangers afstand houden en het vermoeide dier de rust gunnen die het eventjes nodig heeft.

Soms lukt dat!