Leerzame bijeenkomst op de faculteit diergeneeskunde bij de universiteit te Utrecht.

Als EHBZ zijn we vaak, na een melding als eerste bij een gestrande bruinvis.

Als ze al dood zijn worden allerlei gegevens genoteerd als lengte, geslacht, staat van ontbinding, locatie en evt. uiterlijke kenmerken/verwondingen.

Als we ze levend aantreffen treedt onmiddellijk het protocol voor gestrande kleine walvissen in werking en wordt SOS Dolfijn gebeld.

De verse dode dieren gaan vaak op transport naar Utrecht voor onderzoek.

Lonneke Ijsseldijk is degene die dit onderzoek leidt en gisteren heeft ze hierover uitgebreid uitleg gegeven.

De normale anatomie, de mogelijke pathologie en de gang van zaken bij een onderzoek.

De resultaten en dus kennis zijn belangrijk omdat deze kleine walvis nog altijd bedreigd wordt.