Schreeuw om aandacht…..

Op het asfalt bij de zeewering landde voor mijn auto deze meeuw. Nauwkeuriger gezegd een kokmeeuw in winterkleed. Niet van plan om op te stijgen, uitdagend keek hij me aan. Het leek erop dat hij contact wilde, een smeekbede om gefotografeerd te worden en hopend op een plaats op onze website. Er zat niets anders op dan het raam open te draaien, achteruit te rijden en deze vriend te fotograferen. Het lukte ternauwernood hem compleet in beeld te krijgen, normaal gesproken zitten de beesten altijd te ver weg en verlang je naar minder afstand, nu was het andersom. Opvallend voor een winterkleed zijn de felle kleuren van de snavel en de poten. Verder het kenmerkende “koptelefoontje” als restant van de chocolade bruine kap die het zomerkleed siert. Ter vergelijk hieronder de kokmeeuw tijdens het broedseizoen. Zelfde vogel, totaal ander jasje.


Mysterieuze Zwarte Ruiter

Ja, dit zijn Zwarte Ruiters! Vogels die we vnl als doortrekkers kennen. En als we een beetje geluk hebben zijn ze in het voorjaar hier te zien in het vrijwel zwarte prachtkleed, even een paar weken rustend en foeragerend om daarna aangesterkt door te vliegen naar de broedgebieden in Finland en noordwest Rusland. De vrouwtjes komen als eerste alweer terug en laten het verzorgen van het opgroeiend kroost over aan de mannetjes. Een verdeling van energie: mannetjes behoeven geen eieren te leggen en hebben nog reserves over. Zij volgen met de jongen later in het seizoen om via Nederland weer naar het zuiden te trekken voor de overwintering.

Een beperkt aantal overwintert in Nederland, zo’n 200 exemplaren vnl in de Delta. Laat ik nu net vandaag een 20 tal aantreffen in de Spuiboezem bij Kerkwerve op Schouwen. In winterkleed en dan slaat de naam als een tang op een varken, geen zwart meer te bekennen. Maar het aardige is wel dat deze prent alle kenmerken laat zien die de vogelboekjes bij het winterkleed oplepelen: lange knaloranje poten, lange zwarte snavel met aan de onderkant een oranje navelbasis, de witte wenkbrauwstreep, het witte onderlijf en het bruingrijze bovendek. Je kunt hem verwarren met de iets kleinere Tureluur, maar na het lezen van dit stukje niet meer.


Romantiek bij ondergaande zon

Namiddag, pittige regenbuien wisselen momenten met een flauw zonlicht af. Tussen de buien door licht een lage avondzon deze twee Grijze zeehonden aan. Ogenschijnlijk een liefdevol moment tussen een bul en een lid van zijn harem. Misschien een menselijke interpretatie maar een dergelijke pose is vaak waar te nemen. We houden het maar op: een teder moment. Goed tegenwicht tegen het ruwe imago van Nederlands grootste roofdier.


Stevig weer.

Hoog water en windkracht 6. Golven breken op de kop van de Maasvlakte. Twee meeuwen zitten onverstoorbaar op de blokken, ondanks de poten met zwemvliezen hebben ze voldoende houvast op de met wier begroeide ondergrond. Af en toe worden de golven hen teveel en vliegen ze op om een even verder weer te landen. De wind lijkt hen niet te deren.


Mooi oud worden

Zonnig najaarsweer wisselt de dagen met regen en wind af. Op de gorzen aan de kust kleurt de uitgebloeide Zulte het landschap grijswit. Schitterende plant die op haar levensavond mooier en voornamer oogt dan tijdens de bloei. Zulte, de oude Walcherse benaming die nu ook officieel opgang doet, zal wel iets met zilt te maken hebben. Het is een zoutminnende, beter gezegd een zoutresistente, plant. Kan tegen een zilt milieu. De zaden vallen af en worden meegevoerd door de golven om elders weer aan te spoelen en te ontkiemen. Zo blijft onze kust mooi. De andere benaming is Zeeaster waar ook wel enige logica in zit als je het bloemetje bekijkt. Gezien mijn afkomst prefereer ik echter Zulte.

Verscholen tussen de honderden planten trof ik als een relikwie van de zomer nog een bloeiende aan, laten we het dan maar houden op Zeeaster tussen de Zulte.


Ze zijn er weer: bultruggen!!!

Alsof het om nieuwe haring gaat. Koppen in de krant, berichten in het Journaal en op NU.nl. Er is weer een Bultrug gesignaleerd!! Voor de kust van Callantsoog. Het wordt weer een spannend najaar, stevige stormen, buien en dan dromen van een bultrug die hier gaat opduiken. We hebben al een aantal weken een opwarmertje met de waarnemingen van de Walrus in de Waddenzee. En dat gaat ook de goede kant op: Schiermonnikoog, Harlingen, Terschelling en nu dan in Den Helder.

Het maakt een wandeling langs de kust van de Delta extra spannend, eens moet het gaan gebeuren. Dus trek er dit weekend op uit, kijk over het water: wie weet. En als je erg toch bent, vergeet niet te genieten van het gewone, de meeuwen, schelpen, zeehonden etc. Veel plezier!


Mooie meeuwen, rauwe werkelijkheid

Bij de nog onstuimige zee zaten deze twee Zilvermeeuwen te wachten. Op het strand liepen een paar wandelaars en dat zinde ze niet. Daar lag hun bron van voedsel, een dode zeehond.

Aangespoeld na een paar dagen met stevige wind. Een gewone zeehond, herkenbaar aan het gebit. Rond het aangevroten hoofd de pootafdrukken van meeuwen. De zachte delen worden het eerst weggepikt, ogen en wangen. Macaber gezicht. De vacht doet vermoeden dat het een mooi beest is geweest. Voorbestemd tot voedsel te dienen op het strand van de Maasvlakte.

Grote, dode zoogdieren moeten echter worden geruimd, zo ook deze. Handschoenen aan, neus in de wind en het kadaver in de zak laten glijden. Verderop zaten de zilvermeeuwen nog steeds te wachten, tevergeefs….


Fraaie doortrekker: de keep

Ineens waren ze er weer: de Kepen. Op doorreis naar het zuiden. Een aantal dagen rusten in het struweel van de Westplaat, Hoekje Jans en op de Slikken van Voorne. Het gebied waar zo verrassend veel vogeltjes zich ophouden. Deze kwam ik tegen in de struiken die groeien aan de rand van het gors, tegen de duintjes aan. Tussen het groen zat opeens een oranje vink en dan weet je het: Keep. Zo te zien een mannetje in winterkleed, vrouwtjes zijn wat valer. Niet zeldzaam maar wel een vogeltje waar je oog op valt. Ze broeden in Scandinaviƫ in de naaldbossen. De exemplaren die je nu ziet zijn de doortrekkers naar het zuiden. De overwinteraars in ons land, Sovon geeft aan 50-100.000 exemplaren, zitten vnl. in het noorden en oosten. In de tweede helft van de winter, wanneer de vorst wat aanzet, zakken vaak de noordelijker overwinteraars meer naar het zuiden en kan je een tweede golf hier zien. Goed opletten, fraaie vink!


Stevig weer en het gevolg

Najaarsstormen doen zich weer gelden. Was het vrijdagmiddag niet zo extreem als afgelopen woensdag, rustig wandelweer was het zeker niet. Het doel was Drieteenmeeuwen te fotograferen bij de ingang van de Maasmond, ter hoogte van de splitsing tussen de Nieuwe Waterweg en het Calandkanaal. De sterke wind, het donkere weer en de striemende regen vanuit zee maakten dit tot een vrijwel onmogelijke opgave. Thuisgekomen de foto’s op de computer bekeken, vrijwel alles was onder de maat. Behalve deze die de middag goed samenvat. De paal met helikopterdek op de splitsing van de twee vaarwegen in het onstuimige water. Wat kan je soms blij zijn met de kleur rood…..

Zaterdagmorgen vroeg werden we gebeld door mevr. W. , een trouwe volger van onze website. Ze was met haar hond aan het wandelen op het strand van Voorne en had een verlaten rubberen boot aangetroffen. Geen motor, geen peddels, wel een etenszak en handdoek aan boord. Van een schip geslagen, drugstransport, restant van een illegale oversteek van Het Kanaal?? Lugubere vondst. Met de sterke zuidwester van de laatste dagen kan het van ver gekomen zijn. De gewaarschuwde politie was snel ter plaatse en heeft de dinghy meegenomen. Wie weet wordt er binnenkort meer duidelijk.


Onopvallend………

Een paar dagen geleden schreven we over het opvallende kleed van de Grote zilverreiger. Nu dan eens een vogeltje dat visueel vrijwel wegvalt tegen de achtergrond van zijn ideale omgeving, het strand. We hebben het over de Sneeuwgors. Een overwinteraar in ons land die broedt in Groenland, IJsland , Scandinavie en Rusland. Een nogal boreaal beestje. Vermoedelijk komen onze overwinteraars uit Groen- of IJsland, vanaf de maand october kan je ze tegenkomen. Voor mij was dit een “vroege” waarneming.

Makkelijke beestjes die zich goed laten benaderen en niet snel wegvliegen. Door hun schutkleur zie je ze echter snel over het hoofd.

Gelukkig voor de opname liep het mannetje naar de waterlijn waardoor zijn winterkleuren mooi contrasteerden tegen het blauw van het water. Het grauwere vrouwtje bleef vrijwel onzichtbaar tussen de aangespoelde mosdiertjes.