Archives september 2021

Plukplaats, maar van welk dier?

Je komt ze wel vaker tegen, een plek bezaaid met losse veren en restanten van een vogel.

Hier heeft een dier een bevederde maaltijd, schoon aan de haak, getracht te verorberen.

Een roofvogel, een vos of een marterachtige…?

Dat kun je betrekkelijk gemakkelijk te weten komen.

Als je wat veren opraapt, kijk dan eens goed naar de uiteinden van de pennen.

Zijn ze stomp en afgebeten dan was het geen roofvogel, marterachtigen en vossen bijten ze namelijk af.

Bij intacte uiteinden moet het wel een roofvogel zijn geweest.

Deze plukken de veren, trekken ze netjes uit, vandaar de nog gave uiteinden.

 


Dierenleed

Nu we een jaar of tien bezig zijn met verlenen van eerste hulp bij strandingen, zie je dat de hulpvraag steeds meer toeneemt.

In de beginjaren waren we vooral bezig met gestrande zeezoogdieren, maar langzamerhand kwamen er ook verzwakte en/of verstrikte zeevogels bij.

Tegenwoordig worden we ook wel gebeld voor landvogels en andere dieren.

Zo kregen we afgelopen weekend een aangereden, nog levende egel en een gewonde duif binnen.

Naast deze gewonde dieren hebben we ook 2 aangespoelde, dode bruinvissen geborgen op het strand van de Maasvlakte.

Uiteraard zorgen we ervoor dat de gewonde en verzwakte dieren naar de juiste opvangcentra worden gebracht.

Ondanks dit dierenleedleed was het een weekend met prachtig weer en een opvliegende velduil op de Maasvlakte maakte ons weekend helemaal goed.


Pootjes gestrand

De uitdrukking “Pootje baden” krijgt wel een wrange betekenis, bij het zien van al deze krabbenschaartjes langs de vloedlijn.

Pootje gelicht…., te veel op de poot gespeeld…., of gewoon een pootje uitgedraait?

Feit is dat er nu een behoorlijk aantal eenarmige bandieten voor onze kust rond krabbelen…, of er zijn er nogal wat gesneuveld.


Lamsoren

Naast en tussen het roodkleurende zeekraal staat de zeeaster nu volop te bloeien.

Op de Westplaat in Oostvoorne en op de Kwade Hoek zijn hele velden nu licht roze getint.

Een kleurige boel op het grauwe slik, hier word je makkelijk vrolijk van.

De zeeaster gedijt het beste in een licht zout milieu, waar zeewater wordt vermengt met zoetwater.

Als je het blad wat beter bekijkt, begrijp je dat men deze plant in Zeeland “lamsoren” noemt.

De jonge bladeren zij eetbaar en werden vroeger dan ook vaak gegeten.

Hier noemen we de plant zulte of zeeaster.

Ik zou zeggen maak eens een wandeling langs deze vrolijke planten en geniet van de prachtige bloemen.


Herfstkleuren op de Westplaat.

Zeekraal groeit op schorren en kwelders langs zoute getijdewateren in Zeeland, op Goeree, op Voorne en het Waddengebied, en meer landinwaarts op sterk verzilte plaatsen. Het is de meest zouttolerante plant langs onze kust. De plant kan tot 30 cm hoog worden en heeft een vertakte stengel. Zeekraal is een eenjarige plant en bloeit van juli tot oktober. In de herfst verkleurt zeekraal vaak helderrood tot donkerrood.

Heerlijk als groente…, maar niet meer in de herfst.


Een nieuw verenpak.

Omdat de veren van een vogel tijdens het gebruik flink slijten moeten deze regelmatig worden vervangen.

Bij de meeste soorten gebeurt dat ieder jaar een keer.

Omdat het paar- en broedseizoen niet geschikt is en de winter periode vaak voedselschaarste kent, blijkt het einde van de zomer de meest gunstige tijd.

Op de vloedlijn vind je dan ook in deze periode flink wat losse veren en veertjes.

Bij de eenden zie je dat ze zelfs 2 keer per jaar van kleding wisselen en dat doen ze dan ook maar gelijk goed.

Ze verliezen in een keer alle veren en kunnen dan een tijdje niet vliegen.

Vlak voor het broedseizoen willen ze er op zijn mooist uitzien en krijgen dan een splinternieuw trouwpak, het zogenaamde prachtkleed.

Op bovenstaande foto is een eidereend te zien die aan het ruien is naar een dikker winterkleed.

De eend werd gemeld als verzwakt, maar toen we het dier wilden benaderen zagen we dat het met de alertheid nog prima was gesteld.

Alleen het kleed bleek flink uitgevallen en weglopen of zwemmen was de enige optie voor deze eider.

We hebben het het dier dan ook verder met rust gelaten en de melder verteld dat er niets aan de hand bleek.


Gestorven in schoonheid

Nog maar 2 maanden oud en dan al weer terug naar waar je vandaan kwam…

Gestorven en al vrij snel aangespoeld op het strand van de Maasvlakte.

Bij de aanblik van dit soort strandingen wordt ik altijd een beetje melancholiek en heb ik behoefte aan een ritueel.

Na een visueel onderzoek en wat foto’s voor de statistieken moet de zeehond uiteindelijk worden geborgen.

Meest op de knieĆ«n rol ik het dier in de lijkzak en het dichtritsen voelt voor mij dan toch een beetje als een respectvol afscheid…


Proviand langs de trekroute.

Sommige duindoornstruiken staan bol van de oranje bessen.

Het zijn de vrouwelijke struiken die deze licht zure vruchtjes dragen.

Vooral lijsterachtigen en spreeuwen zijn dol op deze lekkernij.

Een gelukkig toeval voor deze vogels, die de kust als trekroute gebruiken.

Of is het niet helemaal een kwestie van geluk?

De vogels hebben natuurlijk al eerder gegeten en poepen deze “pakketjes” gevuld met zaad, uit boven hun trekroute.

Omdat dit zaad al “pakketjes voedsel” bij zich heeft, heeft het een grotere kans om weer uit te groeien tot een nieuwe bessenstruik.

Zo zorgen de vogels eigenlijk een beetje voor hun eigen toekomstige proviand.


Postduif met 06…..

Een hoop veren, 2 poten en een kaal gegeten borst.

Duidelijk een plukplaats van een rover, aan de voet van de duinen.

In dit geval een havik…, we zagen de vogel namelijk opvliegen.

Aan de ringen om de poot van het slachtoffer werd al snel duidelijk dat het een postduif betrof.

Naast het nummer van de vogel, was er een mobiel nummer op een ring te lezen.

Gewoon even bellen:

“Dag meneer, bent u in bezit van postduiven?”

“Ja, zeker.. Hoezo?”

“We vonden zojuist een slachtoffer van een havik, met ringen waarop uw telefoon nummer staat.”

Ik lees het unieke nummer van de duif vervolgens voor.

Even stilte…

“Die is 2 uur geleden gelost!”

“Jammer voor de vogel en voor u meneer, gecondoleerd.”