Archives juli 2020

Otterschelp

Gisterenmorgen vroeg op het strand van de Maasvlakte, mooi aangelicht door de opkomende zon, een otterschelp. Een dunne en daardoor kwetsbare schelp van ruim 10 centimeter die je meestal beschadigd aantreft. Misschien doordat ze licht zijn staan ze nogal eens rechtop in het zand. Bij vlagen kan je ze veel aantreffen op het strand, hangt samen met de windrichting en onderstroming die bodemlagen bloot legt. Deze schelp komt pas sinds het begin van deze eeuw meer voor aan onze kust. Graaft zicht op de zeebodem diep in en vangt zijn voedsel (plankton) middels een slurf die uit de kleppen steekt en boven de bodem reikt. Het grote neefje van de Otterschelp, de Geoduck is een variant die tot 7 kilo zwaar kan worden en zich 1 meter diep in kan graven.  Komt voor in Amerika en China waar veel geld betaald wordt voor de slurf. In de volksmond wordt de Otterschelp ook wel piemelschelp genoemd. Het schijnt een lekkernij te zijn.


Bruinvis…

Melding via SOS Dolfijn: “Een dode bruinvis bij P6, Maasvlaktestrand.”

Daar wordt op dit moment hard gewerkt door baggeraars om weer nieuw zand op te spuiten en het kadaver lag dan ook tussen de grote gravers, vlakbij de rijplaten op de vloedlijn.

De landrover kon ik nu naast de machines parkeren en dit scheelde weer een heel stuk sjouwen!

Volgens het strandingsprotocol heb ik het geslacht bepaald en de lengte opgemeten. Het betrof een nog jong vrouwtje bruinvis met een lengte van 1.15m. Nog enkele foto’s gemaakt en alle gegevens doorgegeven.

Tot slot het kadaver van de kleine walvis netjes geborgen en afgevoerd.


Nieuwe avonturen-aanhanger opgeleverd

Met hulp van de Landschapstafel en Jan en Mary van Deelen is onze nieuwe aanhanger nu opgeleverd en technisch bijna klaar.

Weer een nieuw fase in de ontwikkeling van onze stichting. Dit verdiende zeker een toast.

Nu kunnen we verder met het ontwerpen en maken van de inhoud en het verfraaien van het uiterlijk van de aanhanger.

Genoeg bergruimte en expositie mogelijkheden. Zelfs een kijkgat om het allemaal nog wat spannender te maken.

Binnenkort hopen we u tegen te komen op een van de stranden of tijdens een van onze presentaties.


De vleugel

Van vitale onderdelen heeft de mens er meestal twee. Oren, ogen, handen, armen, benen. Het komt nogal eens voor dat er eentje het begeeft, door slijtage of een ongeval. Met enige aanpassing kan er daarna nog redelijk gefunctioneerd worden. Maar kan een vogel een vleugel missen? Behalve bij loopvogels is dit ondenkbaar. Het vermogen tot wendbaar vliegen is een absolute voorwaarde om te kunnen jagen en zo voldoende voedsel te krijgen. De combinatie van een goed functionerende linker- en rechtervleugel is essentieel. Een defect aan de een kan niet worden gecompenseerd. Twee precisie instrumenten waaraan de vleugels van een modern vliegtuig niet kunnen tippen. Een niet functionerende vleugel leidt tot een versnelde dood, door honger of door verwording tot makkelijke prooi.

Complex instrument met veel onderdelen: kleine dekveren, middelste dekveren, grote dekveren, duimvleugel, buitenste handpen, handdekveren, handpennen, armpennen en elleboogpennen. Voor de geïnteresseerden: ieder goed vogelboek besteedt hier in zijn inleiding uitgebreid aandacht aan. Maar bij de aanblik van onderstaande Grote stern is het al direct duidelijk dat het om meer gaat dan een paar veren.


Op-geschept…

Een wandeling op het voormalige autostrand… het is laag water. Herinneringen aan “ooit” en nieuwsgierig naar wat kan komen.

De zee lijkt ver weg en de slikkerige bodem strekt zich van daar uit naar de zandduintjes uit een badplaats-verleden. Toen het strand nog strand was en de zee zich uitstrekte zonder hindernissen op de horizon.

Plots trapte ik op een roestig uitsteeksel in het nog natte zand en nieuwsgierig keek ik wat beter naar het half vergane stukje ijzer.

Voorzichtig trok ik aan het uitstekende stukje en voelde een beetje beweging.

Omdat je nooit weet wat er nog meer onder het zand verborgen zit, schepte ik voorzichtig met beide handen het omliggende zand opzij. Het stukje ijzer was nagenoeg plat en leek totaal ongevaarlijk.

Een kort steeltje van hout en een bijna vergaan en roestig blad van een schepje. De vorm deed me denken aan een vroegere kolenschep of een turfschepje. Maar een kinderschepje uit wat vroeger tijden lijkt me het meest voor de hand te liggen. Zeker gezien de locatie.

De ouderdom is moeilijk te schatten door de combinatie van ijzer en zout water, maar het model doet vermoeden dat het toch al enkele decennia is geleden dat dit werktuig hier vergeten, achtergelaten of aangespoeld is.

Mocht iemand dit model schepje herkennen dan horen wij dit graag.


Dit is nu koloniebroeden

Sterns zijn koloniebroeders . In Nederland broeden ca 15.000 paren verspreid over zo’n 10 locaties. In de Delta, waar zich een derde van de aantallen bevinden, gaat het om het Haringvliet, Grevelingen en de Ooster- en Westerschelde. Het grootste deel verblijft op de Waddendeilanden ( info Sovon). Bovenstaande opname is gemaakt aan de oostkant van Texel, natuurgebied Wagejot, waar een paar duizend paren hun nest hebben.

Deze kolonie ligt vlak langs de weg. De vogels wanen zich veilig op het eilandje waar de kolonie zich bevindt. Ze laten zich makkelijk benaderen en fotograferen. Dicht op elkaar, alsof het een populair strand bij 30 graden is. De opname laat een stukje zien van 10 vierkante meter met 50 nesten. Vaak gemengd met een kolonie kok- of zwartkopmeeuwen als extra bescherming tegen roofdieren zoals vossen of roofvogels.

Zaten begin juni de jongen nog op het nest in hun donsvacht, begin juli waren ze al in staat om met de ouderen mee te vliegen en ver van de broedplaats naar voedsel te zoeken, nu in hun bruine juveniele kleed. In september moeten ze klaar zijn voor hun toch naar de westkust van Afrika om daar te overwinteren.


Weer op het strand!

Afgelopen dinsdag zijn we sinds lange tijd weer met de avonturen strandrover naar het échte strand gereden.

Wisselend bewolkt, 21 graden en de zomervakantie is inmiddels begonnen. De P plaats bij de eerste Slag was bijna vol en op het strand was het redelijk druk met badgasten.

Het was weer even wennen aan het feit dat ook onze ooster- en zuiderburen geïnteresseerd waren. Wat was het woord bruinvis ook weer in het Frans.. en hoe zeg je kwal in het Duits? Na enige tijd kwam onze kennis weer boven en verliepen de gesprekken verder zonder spraakverwarring.

We werden deze middag geholpen door 2 gasten die ook werkzaam zijn bij Aseal en dit is zeker voor herhaling vatbaar.

Na een geslaagde première kwamen we helaas met pech langs de weg te staan maar de ANWB was gelukkig snel ter plaatse om ons weer op weg te helpen.

Dank voor jullie inzet: Charlene, Jimmy en de wegenwacht!


Stormmeeuw verstrikt…

Mirjam heeft al eerder een melding gedaan over een zeehond en had ons telefoon nummer blijkbaar nog.

Vanmorgen vroeg ontdekte ze een stormmeeuw op het Maasvlakte strand die verstrikt zat in een vistuig. Vishaak vast in de bek, draad om de vleugel en het zware lood sleepte het dier moeizaam achter zich aan.

Of wij, van de zeezoogdierenhulp wilden komen helpen omdat een andere hulpdienst niet had gereageerd. Bij dit soort taferelen probeer ik altijd zo snel mogelijk in actie te komen want wij dragen hier duidelijk ook eens stukje verantwoordelijkheid. Net als bij de zeezoogdieren, die in netten verstrikt raken, worden dieren vaak het slachtoffer van menselijke bemoeienissen.

Eenmaal ter plaatse was het nog even zoeken voor we het vistuigslachtoffer aantroffen aan de rand van het water.

Uiteindelijk is het gelukt om het vluchtende dier te vangen en te onderzoeken.

Het grootste probleem was de haak die diep in de snavel vast zat met een weerhaakje. De stormmeeuw, die er niets van begreep, beet fel van zich af. Met enig beleid en geduld konden we het scherpe haakje verwijderen zonder al te grote schade in de snavel.

Het dunne, snijdende draad rondom de vleugel was gelukkig snel los te maken en na enige aarzeling koos de stormmeeuw, verlost van het tuig, het luchtruim.

Dank voor de melding, Mirjam!


De strijd om de beste plek.

Ja, die mooiste paal. De rechter paal stond het verst in zee en was de “place to be”. Althans zo leek het in het uurtje dat ik de sterns zat te volgen. Was het omdat deze het dichtst bij potentieel voedsel zat? Er werd echter niet in de directe omgeving van de paal gejaagd. Gaf het de meeste afstand tot de wandelaars en hun honden? Of was het het beste uitzicht? Ik denk een combinatie van de laatste twee. Meermalen werd een aanval op de uiterste palen ondernomen, waarbij het leek alsof rechter stern een uitstraling had van onaantastbaarheid. Nummer twee moest het ontgelden en werd verjaagd door een indringer die op zijn beurt zich maar ternauwernood kon handhaven door zijn medeaanvaller af te slaan. Groepsgedrag met een pikorde, niets menselijks is de stern vreemd!


Gezellig op een rijtje

Grote sterns zijn koloniedieren. Ze broeden in kolonies en zijn vaak daarna ook in groepen waar te nemen. Met het daarbij behorende sociale gedrag. Op een vroege strandwandeling eind juni kwam ik dit groepje tegen. Uitrustend van het voedselzoeken, in hun geval visjes uit de zee opduiken. Altijd een boeiend gezicht, jagende sterns. Sterns zijn hierin zeer bedreven, hoewel niet elke duik raak is. Een energieverslindend proces dat afgewisseld moet worden met rust en daar lenen deze palen zich dan uitstekend voor. Vier op een rij maar (en dat is de handicap van de te sterke telelens die op mijn kamera zat) het ging om 37 bezette palen van een rij van ca 50. Deze waren op volgorde ingenomen, waarbij de paal het verst in het water de hoogste status had. De laatste op het strand waren nog vrij. Let op de zwarte snavel met gele punt, het onderscheid met de andere hier broedende sternen zoals visdief, dwergstern en noordse stern. Verder het kenmerkende zwarte hoofd met de kuif die al vanaf juni weer de witte vlekken begint te vertonen van het winterkleed zoals bij de tweede en de derde vogel. De eerste en de laatste hebben hier nog geen last van. Deze groep Grote sterns heeft vermoedelijk het broedgebied op de Grevelingen of het Haringvliet verlaten en schooiert nu met de jongen rond op de Maasvlakte, dicht bij het voedsel. Zie het maar als de buurtbewoners die elkaar weer ontmoeten op de camping aan de kust of bij de boer. Sociaal volkje dus.