Archives december 2020

Waarom een kleurtje?

Agelopen tijd hebben diverse gestrande zeehonden door een zeehondenwachter een kleurtje gekregen.

In Zuid Holland is dit een gele stip op de rug en in Zeeland krijgen ze een roze stip.

Je zou er dus weleens een op het strand kunnen aantreffen met een kleurtje.

Wat betekent dit?

Het betekent dat een zeehondenwachter, samen met het opvangcentrum hebben besloten om dit dier in de gaten te houden.

Minstens 24 uur en bij verslechtering van de conditie wordt daarna opnieuw overlegd over de dan te nemen maatregelen.

Vaak zijn de gestrande dieren alleen maar vermoeid of hebben ze een onschuldige aandoening die na korte tijd weer uit zichzelf overgaat.

Mocht je er een tegenkomen: melden graag, maar weet dat ze al gezien zijn en worden geobserveerd.

Laat ze in elk geval met rust en hou de hond aan de lijn.


Winterkleed II

Altijd leuk om te zien: bontbekplevieren. Voor Nederland een betrekkelijk zeldzame verschijning. De schattingen belopen zo’n 300-350 broedparen in de zomer en 500-700 individuen in de winter. Beperkte aantallen dus. Hier aan de kust van de Delta echter een goede kans ze tegen het lijf te lopen. Zo ook onlangs toen dit exemplaar zich geduldig liet fotograferen. Het onderscheid tussen man en vrouw in zomerkleed is niet groot. Het gezichtsmasker is bij het mannetje nadrukkelijker aanwezig en de halsband is breder en zwarter. In de winter zijn de verschillen echter nog moeilijker vast te stellen. Maar ook de variatie ten opzichte van het zomerkleed is beperkt. Kijk naar de afbeelding hieronder van dit mannetje in prachtkleed: de kleuren zijn intenser, de tekening is voller en de snavel heeft meer oranje dan bij zijn winterse soortgenoot hierboven. Om het maar eens “duur” te zeggen: meer een gradueel dan een principieel verschil.


Winterkleed

Een volwassen kokmeeuw in winterkleed. De chocolade bruine kopkap heeft plaatsgemaakt voor een kleine zwarte oorvlek. De poten en snavel zijn van donker paarsrood verkleurd naar rood. Het wit van het lijf en de voorrand van de vleugel overheerst. Zelfde vogel, geheel andere verschijning dan in zomerkleed.

De exemplaren die we nu hier in Nederland aantreffen zijn overwinteraars uit het Oostzeegebied, onze broedvogels zijn naar het zuiden getrokken. Zowel in zomer als in de winter algemeen aanwezig in geheel Nederland. Niemand kijkt er meer van op en dat is jammer want in beide uitvoeringen een fraai beest.

Kokmeeuw is vol zomerkleed, met chocoladebruine kap en paarsrode poten en snavel

Trouwe hondenogen

Ineens was ze daar. Nieuwsgierig dook ze op en keek mij aan. Met de enthousiaste onbevangenheid van een jonge hond zwom ze naar me toe. In deze door corona tot huiselijkheid gedreven tijd, beïnvloed door de donkere dagen wil je het liefst overal een Disney verhaaltje in zien. Zo ook hier.

Normaal gesproken is de gunfactor in zeehonden land toebedeeld aan de gewone zeehond met zijn schattige ronde kopje. Zelf heb ik een voorliefde voor de grotere kegelrob die de sfeer ademt van het ongenaakbare oer roofdier. Deze kegelrob overbrugde op dit moment beide stereotypen en was even het onschuldige roofdier dat contact zocht. Ruwe bolster, blanke pit.

Nu weer terug naar de realiteit. Dit vrouwelijk exemplaar was inderdaad heel nieuwsgierig, een kenmerk van deze beesten. Voor de kegelrob komt er nog bij dat ze bij gebrek aan natuurlijke vijanden niet schuw zijn. Toevallig dook ze wel heel erg dicht bij mij op: niet denken, afdrukken. Maar vooral niet je hand er naar uitsteken om te aaien, de werkelijkheid is geen sprookje.


Gure najaarsmiddag

4 december, wind uit het zuiden, kracht 7. ‘s middags zou er wat zon zijn en dat kwam bij het fotograferen in het donkere najaarsweer goed van pas. Maar het mocht niet zo zijn, de voorspelde zon bleef uit en de opnamen gemaakt van de aanwezige vogels waren alle onder de maat, niet scherp, te veel ruis. Met 5 graden in de volle wind fotograferen was ook minder comfortabel voor de handen en het werd tijd om onverrichter zaken naar huis te gaan.

Op dat moment doken voor mij deze twee jonge kegelrobben op en keken nieuwsgierig om zich heen. De watertemperatuur is nu 9 graden en voor hen was het dus een frisse duik uit het warme water naar de koude wind. Mocht de pret niet drukken, ze zijn wel wat gewend en kunnen er tegen. Ze keken nieuwsgierig om zich heen. Alsof het geregisseerd was, brak de zon door het grauwe wolkendek en lichtte hen even aan.


Onverwachte opstijging

De lange poten van deze tureluur komen geheel uit het water. De vogel had zichzelf een grondige poetsbeurt gegeven. Het minuten durende tafereel werd afgesloten met het droog wapperen van de vleugels. Dit gebeurde met zo’n kracht dat de zwaartekracht werd overwonnen en het beestje loodrecht opsteeg. Verbaasd werd het wapperen abrupt gestaakt en viel de tureluur weer in het water.