Archives mei 2018

Opgespoten met zand van de bodem van de Noordzee uit verschillende lagen en diepten, bevat het strand van de Maasvlakte een rijkdom van een ver verleden toen de Noordzee nog toendra was, bevolkt met grote grazers en hier en daar een nederzetting met onze voorouders.  Sporen uit die tijd zijn nu volop te vinden gewoon op het strand aan de oppervlakte. Wat dagelijks wordt weggeraapt door fossielenzoekers wordt weer aangevuld door de zee die keer op keer met haar stroming onderlagen blootlegt en omwoelt en voor nieuwe fossielenaanwas zorgt.

Van mammoetbotten en kiezen tot fossiele muizentanden, in het bezoekerscentrum Futureland van het Havenbedrijf is een permanente expositie waar dit alles is te vinden.  Voor wie meer geïnteresseerd is hierin raden we aan deze expositie eens te bezoeken of eens kennis te nemen van de interessante uitgave van het Havenbedrijf “ Schattten van het mammoetstrand”.  Maar gewoon zelf zoeken kan natuurlijk ook.  Op onze site willen ook regelmatig aandacht besteden aan dit interessante onderdeel van de Maasvlakte.

Als voorproefje plaatsen we hier twee prentjes van vondsten die we bij het bergen van een zeehond bij toeval deden, een kies en een stuk van een kniegewricht van een mammoet.


Vanmorgen op het strand van #Rockanje. Een wulk en eikapsels die het beestje produceerd. Toevallig bij elkaar op de vloedlijn. 1000 tot 2000 eieren is normaal. Een enorme prestatie van deze slak, toch?


Zondagmorgen vroeg op het strand, laatste restje winter voordat de dooiaanval goed doorzet, laagwater, niemand te bekennen behalve dan veel vogels. Vlakbij, op het strand, een zwarte zee-eend. Laat zich goed benaderen. Nooit zo dichtbij voor de lens gehad, meestal op het water op zee, soms vlak voor de kust. In de winter in grote groepen op zee, of in kleinere groepjes voor de kust. Deze keer op het strand van de Maasvlakte. Zwart met gele snavel en knobbel, verwarring is niet mogelijk. Even gedacht dat het een verzwakt of ziek dier was, maar koos even later rustig vrolijk weer het ruime sop, gelukkig.

Dit zijn nu typisch de sporen van een kruipende zeehond.

Let op de nagelafdrukken en het schuiven van de buik.


In het najaar is er op de maasvlakte voor vogelliefhebbers veel te zien. Vooral bij noordwesten wind kunnen langstrekkende zeevogels goed waargenomen worden vlak onder de kust . Bij de vogeltelpost vlakbij de blokkendam zijn veelvuldig vogelwaarnemers te vinden die de zee afspeuren en de voorbij trekkende zeevogels trachten te spotten en te tellen. Veel van deze vogels zijn niet algemeen bekend omdat ze niet hier aan land komen, vrijwel het hele jaar door op zee leven en alleen aan land komen om te broeden en dat dan op een verlaten rotskust of eiland , bij Noorwegen of Shotland. Keilend op de wind vlak boven de golven trekken ze langs, sommigen soorten met nauwelijks vleugelslag, andere meer energie gebruikend met frequente vleugelslag. In october hebben we daar een paar uurtjes doorgebracht en op grote afstand met de telescoop fraai de noordse pijlstormvogel langs zien trekken, zeldzaam! Daarna naar het strand van Rockanje gereden waar een melding van een gestrande zeehond was gedaan ( loos alarm, althans zeehond niet meer aangetroffen). Wat schetst onze verbazing: in de branding werd een totaal uitgeputte noordse pijlstormvogel aangevallen door een meeuw!! Toeval???, van zeldzame waarneming op zee binnen een uur als drenkeling aangespoeld.


Stille getuige van de storm van de laatste dagen in october, schoonheid neergelegd door de zee op het schoongespoelde strand nog onbetreden door wandelaars. Sereen tegen de achtergrond van een nieuw naderende depressie. Het is een volwassen Jan van Gent, de grootste zeevogel van de Noordzee. Veel aangetroffen op het strand , maar dan altijd dood. Hij leeft voornamelijk op zee en broedt op de engelse rotskust en op rotseilandjes. Het duurt zo’n vier jaar voordat de Jan van Gent zijn volwassen kleed heeft, wit met zwarte vleugelpunten en een fraaie gele tint bij de kop, schitterende snavel, blauwe ogen. De jaren ervoor overwegend een bruin kleed. Onduidelijk waaraan deze Jan bezweken is, geen sporen van een vislijn, net of olie. Misschien gewoon uitputting of ouderdom, je kan als vogel nog steeds natuurlijk sterven. Een paar dagen erna troffen we hem weer aan, zonder kop, afgesneden door een verzamelaar die de mooie snavel niet kon weerstaan.