Archives maart 2021

Bultrug in de bek gekeken

Afgelopen najaar lukte het mee te gaan op een zoektocht naar bultruggen. Deze walvissoort wordt kort na het begin van deze eeuw weer regelmatig waargenomen in de Noordzee. Sinds 1775 waren ze hier niet meer gezien. Na urenlang varen zonder succes stonden we op het punt onverrichterzake terug te keren. De kapitein besloot er echter nog een aantal mijlen tegen aan te gooien en dat was niet tevergeefs. Na eerst op grote afstand twee exemplaren vaag te hebben waargenomen was het raak. Een groep van 9 walvissen doemde op. Het lukte tot dichtbij te naderen. Het grauwe najaarsweer, de grijze zee die naadloos aansloot bij de lucht, het vrijwel ontbreken van kleur behalve grijsgroen en zwart maakten het effect van het openen van de bek spectaculair. In dit monochrome landschap verscheen ineens het oud-roze kleurvlak van het gehemelte tussen de hangende baleinen.

Wereldwijd is de soort sinds de beperking van de walvisjacht weer hersteld en ook af en toe in de Noordzee weer te zien. Zo werden er twee jaar geleden twee exemplaren voor de kust van Scheveningen gespot. In 2012 en 2016 zijn er spectaculaire opnames gemaakt bij de Maasmond, om maar wat incidenten te noemen. Op internet kan men een overzicht van waarnemingen en strandingen vinden.

De bobbels op het lijf zijn geen pokken of wratten maar bevatten tastharen die bewegingen in het water kunnen detecteren. De bek kan wijd worden geopend zoals ook bij het linker exemplaar te zien is. Bij het rechter exemplaar kijken we tegen de bovenkaak aan. Ze waren bezig voedsel in te nemen, kril of een school vissen, die ze middels een luchtbellenbaan of bewegingen met hun staart of flippers weten te centreren aan de oppervlakte om ze daarna op te slokken.

De opname is niet gemaakt op de Noordzee, maar voor de oostkust van Noord-Amerika. De zee bij Nantucket dat vroeger het centrum van de walvisjacht was. De expeditie was gewoon een toeristentochtje waarbij wel alle moeite werd gedaan waar te bieden en niet gekeken werd op een uurtje. Op de Noordzee een bultrug zien is een enorme gelukstreffer. Maar ze komen hier voor en we blijven hopen. In de Maasmond al een paar maal waargenomen en dat is toch ook ons “werkgebied” . De wens blijft de vader van de gedachte.

We plaatsen dit berichtje met veel plezier voor onze trouwe Amerikaanse lezers, expats die zo de Nederlandse natuur blijven volgen en dan nu een walvisje van eigen zee krijgen.


Hulp van de gezamenlijke brandweer

Voor de 3e dag op rij lag de jonge kegelrob op het grindstrand bij de Maasmond.

Het jonge dier is gemarkeerd en daarna zijn we een paar maal per dag gaan kijken hoe het met de zeehond ging. Waarschuwingsbordjes moesten toeschouwers op afstand houden.

Het was nu dag 3, nog vroeg in de ochtend en ik was alleen. Al snel had ik personeel van de opvang aan de telefoon en na overleg werd besloten om het dier nu toch maar naar Aseal te brengen voor onderzoek.

Met een losse grindbodem, op een tamelijk steile helling, was een kegelrob vangen in je eentje niet zonder risico, dus enige assistentie was zeker niet overbodig.

Waar haal ik zo snel hulp vandaan?

De oplossing lag eigenlijk voor de hand: “De Maximakazerne van de gezamenlijke brandweer”, op nog geen kilometer afstand. Zij hebben me al vaker geholpen toen ik in de problemen zat tijdens een inzet.

Snel teruggereden, aangebeld en direct boden al 2 man hun hulp aan.

Geweldig toch!

Met zijn drieën hebben we het dier gevangen en de hulpverleners hebben de transportkist naar de landrover gebracht..

Dank jullie wel.. stoere mannen van de Maxima kazerne.


Rotsen op het strand..

Ons land kent voornamelijk stranden, slikken, dijken en dammen als overgang naar de zee.

Bij ons zien we vooral strand, een kale en zanderige vlakte waar maar weinig soorten dieren en planten zich thuis voelen.

De slikken vormen natuurlijk een heel ander verhaal met volop voedsel voor veel dieren en planten.

En dan hebben we nog onze, door de mens gemaakte bescherming tegen het opkomende water, gemaakt van asfalt, beton en steen.

Eigenlijk kun je hier spreken over rotsen en kliffen aan de kust.

Zo ook in de buurt van P6 op de Maasvlakte waar het strand overgaat in een dam met grote blokken.

Met laag water een spannend gebied om van dichterbij te bekijken.

Het ziet er niet zo natuurlijk uit en mist de zachtheid van het zand, maar er leven wel degelijk veel soorten.

Een verrassing naast het kale en voedselarme zand!

De bescherming tegen de golven en het ruwe oppervlak van de golfbrekers biedt kansen voor dieren en planten die zich kunnen hechten aan een ondergrond.

Wieren, anemonen, zeesterren, klitten, zeepokken, oesters en mossels maken gebruik van de stevige ondergrond. Vaak in grote groepen: “Samen zijn we sterk!”

De kleine poeltjes, die achterblijven als het weer eb wordt, vormen een paradijs voor kleine visjes, garnalen en krabbetjes.

Onze zoektocht leverde bovenstaande plaatjes op én het verlangen om binnenkort weer op ontdekkingstocht te gaan langs onze eigen Nederlandse rotskust.


Twee zeearenden op de Hinderplaat

Onvoorspelbaarheid is een leuke eigenschap van de natuur. Je trekt er op uit en komt met een andere ervaring thuis dan je van te voren had verwacht. Zo ook vanmorgen. In overleg met Zeehondenopvangcentrum Aseal gingen we een jonge grijze zeehond verplaatsen naar een rustiger omgeving, altijd een buitenkansje. Veiligheidshalve camera met telelens meegenomen, je weet tenslotte nooit wat je nog tegenkomt.

Nadat we op het strand tussen Oostvoorne en Rockanje onze jonge vriend hadden vrijgelaten keken we nog wat om ons heen. Voor de kust op 700 meter afstand torende de Hinderplaat uit boven het wateroppervlak, het was laag water. Op de noordelijke punt lag een negentig-tal zeehonden te rusten en te zonnen.

Bij het aftasten van de plaat met onze kijkers zagen we een reusachtige vogel zitten die even later gezelschap kreeg van een tweede die vanachter de luwte aan de westkant naar het hogere deel van de plaat was gelopen en zich bij zijn soortgenoot had gevoegd. Houding en vorm maakten het ondanks de grote afstand duidelijk: twee zeearenden! Alsof het bedoeld was om hun majestueuze grootte te benadrukken streek vlak bij hen een kraai neer. Iedere twijfel was nu weggenomen.

Veilig voor indringers door het omliggende water en de afstand tot het strand met de wandelaars namen de twee alle tijd om te rusten en vermoedelijk hun voedsel te verteren. De witte staart en de lichtbruine kop van de ene maakte het duidelijk dat het om een volwassen exemplaar ging van minimaal 4 jaar oud, de ander liet zich door de afstand moeilijker inschatten qua leeftijd.

Het gaat goed met de zeearend, ze broeden in de Biesbosch en op de Slikken van de Heen nabij Sint-Philipsland. De verwachting is dat Tiengemeten binnenkort aan de beurt is. In onze regio, tenslotte maar 15 kilometer verder, worden ze regelmatig gesignaleerd. Maar twee op de plaat blijft een vermeldenswaardige ervaring.

De opnames zijn van minimale kwaliteit, 24 x optisch tele en daarna ca 10 x digitaal vergroten laten hun sporen na. Nieuwswaarde en niet esthetiek is hier nu eens een keer leidend.


Poe(t)s doekjes

Nederlanders schijnen een proper volkje te zijn.

Vooral de dames houden van reinheid en een keurig droge boel.

Natte onderdelen voelen als een drama en daarom hebben ze de zakdoekjes altijd bij de hand.

Deze collage is maar een kleine samenvatting van een aantal makkelijk bereikbare locaties van delict.

Op onze wandeling door de duinen schitterden de witte poe(t)s doekjes ons regelmatig tegemoet….

Proper?…. Of toch niet?