All posts by Ad van den Berge

ik bobber.., jij bobbert..

Bobberen is een werkwoord dat eigenlijk valt onder straattaal of zoals men soms ook wel zegt, het Bargoens.

Maar als je een zeehond naar zee ziet bewegen begrijp je direct waarom we dit woord gebruiken om zijn manier van voortbewegen te omschrijven.

Het lijkt wat onbeholpen, maar het is wel effectief.

Het lijf van een zeehond is vooral ontworpen om snel te kunnen zwemmen en om effectief te kunnen jagen, onderwater.

Maar ja.., als je dan toch op het strand ligt te rusten en je wilt weer het water in dan moet je wat!

Deze foto’s zijn genomen nadat deze jonge zeehond een kleurmerk had gekregen.

Er waren twijfels over zijn conditie en op deze manier is het dier makkelijker te observeren door de zeehondenwachter.


Gewonde zwaan.

Omdat we snel ter plaatse konden zijn en gewend zijn om ook met gewonde vogels om te gaan, werden we gebeld voor een gewonde zwaan.

Het dier was ongelukkigerwijze geland op de rijbaan en direct daarna aangereden.

Hier had niemand schuld aan maar het was wel even schrikken, zeker omdat er ook nog 2 auto’s botsten door de aanrijding met de nog jonge zwaan.

Het dier was er slecht aan toe en tijdens het wachten op vervoer naar de vogelopvang hebben we het gewonde dier zoveel mogelijk hulp geboden als mogelijk.

Uiteindelijk heeft de dierenambulance het onfortuinlijke dier naar de opvang in Rotterdam gebracht.


Barnsteen

Op de foto zie je een stukje versteend hars dat afkomstig is uit naaldbomen. Hars biedt bescherming tegen allerlei invloeden van buitenaf, als insecten en schimmels.

In vloeibare vorm heeft het vaak een langgerekte kegelvorm en omdat het zo kleverig is blijven er er soms insecten en plantenresten in plakken, die dan kunnen worden ingesloten.

De hars verhardt tot barnsteen wanneer het snel wordt afgesloten van de lucht en er dus geen oxidatie kan optreden. Dit proces heet fossilisatie en is zeker een langdurig proces.

Het kan wel tienduizenden jaren duren voor we het als barnsteen of amber op het strand kunnen aantreffen.

Een stukje bevroren in de tijd uit een naaldbos uit het verleden….


Bespoten vruchten…

Dit kleine trosje druifjes zijn de eitjes van de sepia of te wel de gewone zeekat.

Deze inktvis is ook de producent van het bekende zeeschuim op de vloedlijn.

Een inwendige schelp, die als ruggensteun dient en tevens fungeert als ballasttank bij het duiken.

Nadat de sepia is doodgegaan blijft deze witte schelp over.

De meeste vrouwtjes sterven namelijk na het leggen van de eitjes.

Als ze de doorzichtige eitjes (200 tot 300) eenmaal heeft afgezet op een ondergrond besproeit ze ze met de zwarte kleurstof (inkt). Dit is de kleur die je nu op de foto ziet.

Na 8 weken komen de eitjes uit en worden de 1 cm grootte inktvisjes aan het lot overgelaten…


Een 4-armige ster

Ben je nog wel een ster als je een arm minder hebt?

Sterren schitteren, maar in dit geval wel van enige afwezigheid.

Er zijn vondsten bekend van gewone zeesterren met wel 7 armen, dus deze straalt wel een stuk minder fel.

Normaliter heeft de gewone zeester 5 armen waarmee hij prima uit de voeten kan.

Ik vind zeesterren vooral “uitblinken” in hun herstel vermogen.

Het gebeurt nog al eens dat een zeester een arm kwijtraakt en met een arm minder door het leven moet.

Maar…., zij hebben het vermogen om weer een nieuwe arm te laten aangroeien. Dit proces gaat echter wel eens mis en dan groeien er 2 nieuwe armen uit de plaats waar de oude arm is afgescheurd.. Dan heeft de ster 6 armen.

Onze ster op de foto is nog niet begonnen met die regeneratie en heeft er nu dus nog maar 4.

Een geweldige aanpassing in een spannend en roerig bestaan.


Krabben hebben een staart.

Net als een kreeft heeft een krab een staart. Weliswaar een korte, maar het is er ontegenzeggelijk een.

Het verschil is dat de krab de staart naar voren heeft geklapt en daarom minder zichtbaar is omdat hij onder de buik zit.

Het loont zeker de moeite om een gevonden krab eens om te keren want aan de vorm van de staart kun je zien of je te maken hebt met een vrouw of een man.

Ben zo vrij geweest om van 2 verschillende krabben de staart weer te voorschijn te halen.

Omdat ze al levenloos waren aangespoeld, heb ik in dit geval geen schuldgevoel.

Links zien we een andere vorm dan bij de rechter krab.

Links een spits toelopende vorm, bijna een vuurtoren., dit is een man.

Bij een vrouw, hier op de foto rechts zie je een brede en ronde vorm, lijkt op een bijenkorfje.

Dus, draai een aangespoelde krab gerust eens om!


welke soort?

Blijkbaar had een meeuw de krab al eerder ontdekt dan wij en er een legpuzzel van gemaakt.

De puzzelstukjes lagen op de hoogwaterlijn en het schild was niet veel groter dan van een gemiddelde strandkrab.

Vlug een foto gemaakt en het bewijsplaatje op de telefoon mee naar huis genomen…

De kleur is duidelijk anders dan van een strandkrab en de vorm van het schild ook.

Om toch te weten met welke krab we hier te maken hebben, gaan we wat beter kijken.

Het rugschild heeft aan de zijkant een aantal stompe “tanden”.

Zo heeft de strandkrab 5 tanden en de penseelkrab maar 3.

Dit schild heeft er 10 en dit gegeven hoort bij de soort: noordzeekrab.

We kennen ze meestal een stuk groter dan dit exemplaar maar deze aanwijzing is helder.

Ook de donker gekleurde scharen en de intens roodbruine kleur op poten en rugschild zijn een duidelijk kenmerk.

Hier liggen dus de restanten van een nog jonge noordzeekrab.

Dus wil je weten welke soort krab je hebt gevonden, tel dan ook eens de tanden aan de zijkant van het rugschild.


Opnieuw een zeekoet gestrand.

Ook deze keer kregen we de melding via Aseal, het opvangcentrum voor zeehonden.

Marion was met haar man aan het wandelen op het strand bij de Westplaat toen ze een zeekoet tegen kwamen op het pad, tussen de begroeiing.

Wel een bijzondere locatie voor een vogel die zijn habitat op zee heeft.

Wellicht dat de storm van 2 dagen geleden hier mee te maken heeft gehad.

Het dier was nog redelijk alert maar duidelijk in een slechte conditie.

Gelukkig heeft Marion de vogel gemeld en zijn we direct naar de Westplaat gereden om het dier hulp te bieden.

Terwijl Marion op onze komst stond te wachten is ze bij de vogel gebleven om te zorgen dat er geen honden in de buurt konden komen.

Het dier liet zich gelukkig snel vangen, maar protesteerde fel tegen zijn nieuwe verblijfruimte.

Met de zeekoet in de “strandrover” zijn we naar huis gereden, waar de dierenambulance van de dierenbescherming de vogel heeft opgehaald en direct naar de opvang, in Rotterdam heeft gebracht,

Overdracht van de zeekoet.

De vogel liet zich niet zonder slag of stoot oppakken en pikte stevig naar de helpende hand.

Handschoenen zijn dan ook geen overbodige luxe.

Nu maar hopen op een spoedig herstel.